Opinie: Wie denkt er aan onze kinderen?

In hun interview (DM 8/2) hebben Hilde Van Mieghem en Peter Adriaenssens overschot van gelijk: kindermishandeling is een zwaar onderschat probleem dat een veel grotere alertheid in de hele samenleving vereist. In bijna elke klas zit een slachtoffer van kindermishandeling. Minstens 3 procent van de kinderen heeft te maken met een ernstige vorm van kindermishandeling zoals lichamelijke of emotionele mishandeling, verwaarlozing of seksueel misbruik. Een minderheid van de slachtoffers stroomt door naar hulpverlening. Vele kinderen in de hulpverlening houden het misbruik voor zich. Dit weten we dankzij studies en anonieme hulpverlening voor kinderen, zoals de chat nupraatikerover.be.

Meer dan de helft van de oproepen naar hulplijn 1712 gaat over kindermishandeling. Elke week worden 130 unieke kinderen bij de Vertrouwenscentra Kindermishandeling aangemeld en ook politie en parket krijgen dagelijks meldingen. Desondanks blijven vele gevallen van kindermishandeling onder de radar.

De Canvas-documentaire Als je eens wist toont de zware gevolgen van kindermishandeling op de gezondheid, ontwikkeling en het welzijn van het kind. Ook volwassenen die als kind misbruik meemaakten, dragen hiervan sporen: (mentale) gezondheids- en relatieproblemen, groter risico op verslaving en overdracht van geweld. De berichtgeving over de aanpak van dit probleem neigt de oorzaak bij een deelaspect te leggen: ontoereikende hulpverlening, politie of justitie. Het probleem reikt verder dan dat. Kindermishandeling, vanwege haar omvang en impact, is een maatschappelijk probleem dat een alertheid in de hele samenleving vereist. In alle sectoren die met kinderen of ouders werken, moet een 'kindreflex' een automatisme zijn, net zoals je naar links kijkt als je de straat oversteekt.

Maar laten we de aanpak van kindermishandeling niet louter 'institutionaliseren'. Het is niet enkel een zaak van professionals, het belangt ons allemaal aan. In de docu getuigt een slachtoffer over de klappen die ze van haar vader kreeg in de bioscoop. "Hé, dit is niet OK!" reageerden bioscoopbezoekers hier verontwaardigd op. Dankzij die reacties begreep het slachtoffer dat het gedrag van haar ouders niet normaal is en werd de kiem van verandering gelegd.

'Zijn dat mijn zaken wel?' of 'Hoe moet ik die ouder daarover aanspreken?'... Schroom en onzekerheid verklaren waarom vele gevallen van kindermishandeling door de mazen van het net glippen. Als samenleving kunnen we die schroom overwinnen door het kind de hand te reiken, door gevoelens van verontrusting te delen of door de stap te zetten naar hulpverlening. Toegegeven, zelfs voor ervaren professionals blijft het lastig om kritische vragen te stellen over bijvoorbeeld een opvallende breuk bij een kind dat nog niet kan lopen. Maar het is nog lastiger als het kind terug naar zijn onveilige thuissituatie moet zonder dat iemands alarmknop is afgegaan.

Verder moeten we het bewustzijn over de verschijningsvormen van kindermishandeling aanwakkeren. Vele mensen associëren dit nog steeds met seksueel misbruik of zwaar lichamelijk geweld. De documentaire illustreert dat (emotionele) verwaarlozing of psychisch geweld, zoals het herhaaldelijk kleineren of vernederen, even schadelijk kan zijn. Ook vechtscheidingen of partnergeweld zijn vormen van kindermishandeling als er kinderen bij betrokken worden.

Niemand beweert dat het bespreken of aanpakken van kindermishandeling eenvoudig is. Vaak gaat het over sociaal-emotioneel complexe situaties waarvoor geen kant-en-klare aanpak of oplossing bestaat. Werken met twijfels, onzekerheid en tegenstrijdige informatie is eigen aan de aanpak van kindermishandeling. Zo blijven kinderen vaak loyaal tegenover hun ouders, zelfs in het geval van misbruik.

Het goede nieuws is dat vele professionals en burgers al alert zijn: dagelijks contacteren burgers hulplijn 1712 over een kind over wie ze zich zorgen maken. Elke dag start het vertrouwenscentrum kindermishandeling dossiers op. Dat moet leiden tot (meer) veiligheid voor het kind en herstel van trauma's. De opmerkzaamheid van vele burgers en professionals wijst op een samenleving die geeft om de veiligheid en het welzijn van kinderen. Hun alertheid en bezorgdheid dienen als voorbeeld voor de hele samenleving. Laten we allemaal meer en beter aan 'onze' kinderen denken.

WIM VAN DE VOORDE is Vlaams coördinator van hulplijn 1712
TIM STROOBANTS is directeur van het Vlaams Expertisecentrum Kindermishandeling.

Naar aanleiding van de documentaire Als je eens wist (vanavond op Canvas) lanceert hulplijn 1712 en het Vlaams Expertisecentrum Kindermishandeling een campagne over kindermishandeling.

Deze opinie verscheen op 11 februari in de krant De Morgen.